Naar inhoud springen

Urotheelkanker

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Laurier (overleg | bijdragen) op 9 aug 2024 om 10:13. (Beginnetje)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Esculaap
Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht.
Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts.

Urotheelkanker ofwel urotheelcarcinoom of urotheelcelcarcinoomis een vorm van kanker die optreedt in het urotheel.

Het urotheel is het overgangsepitheel (slijmvlies) dat de bekleding vormt van het nierbekken (pyelum), de urineleider (ureter), de urineblaas (cystis) en de urinebuis (urethra).[1]

Urotheelkanker vindt vrijwel altijd, namelijk in 95% van de gevallen, plaats in de blaas; het is dan blaaskanker.[1]

Deze vorm van kanker komt hoogstzelden voor in de hoge urinewegen (urineleider en nierbekken); dit komt slechts voor bij twee op de 100.000 mensen.[1] In het Engels heten hoge urinewegtumoren 'Upper Tract Urothelial Carcinoma' (UTUC).[1] Het gaat om zo'n 10% van alle gevallen van nierkanker.[2][3]

Bij het vaststellen van deze vorm van kanker wordt gebruikgemaakt van deze vormen van kijkonderzoek in het urineweggebied:

  • urethroscopie: een kijkonderzoek van de urethra (plasbuis)
  • cystoscopie: een kijkonderzoek van de cystis (blaas)
  • ureteroscopie: een kijkonderzoek van de ureter (urineleider)
  • pyeloscopie: een kijkonderzoek van het pyelum (nierbekken) ofwel renoscopie: een kijkonderzoek van de ren (nier, ook nephros) (dit beperkt zich meestal tot het nierbekken, daarom worden beide termen gebruikt voor hetzelfde kijkonderzoek)

De laatste twee worden vaak gecombineerd, en worden dan ureter-pyeolscopie, ofwel uretero-renoscopie genoemd. Dit onderzoek wordt vaak gecombineerd met het verwijderen van weefsel en wordt bijvoorbeeld vaak toegepast bij hardnekkige nierstenen die niet uit zichzelf passeren en ook bij een (vermoeden van een) tumor in het nierbekken. Bij een kleine tumor kan deze soms meteen worden weggenomen of kan er een biopsie (biopt) worden genomen. Er wordt een spoelvloeistof gebruikt om de ureter te verwijden. Soms is de ureter vernauwd of kronkelig, waardoor de uretoscoop er toch niet makkelijk door kan, en raak de wand van de ureter beschadigd of doorboord (perforatie). In die gevallen kan de spoelvloeistof buiten de ureter komen. Soms is een aparte operatie nodig om het defect te herstellen, waarbij soms een stent wordt geplaatst in de ureter.[4]