elf

Niet te verwarren met: ELF

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  elf    (hulp, bestand)
• IPA: /ɛl(ə)f/

Woordafbreking

• elf

Hoofdtelwoord

elf

1. geheel getal groter dan tien en kleiner dan twaalf: in Arabische cijfers 11, in Romeinse cijfers XI

   • De aanslagen van elf september 2001. 
   • Een strafschop wordt genomen op elf meter van het doel. 

Hyponiemen

• halfelf

Afgeleide begrippen

• elfde, elfhoek, elfhonderd, elfmaal, elfmeter, elfproef, elftal, elfuurtje

Verwante begrippen

• elfendertigst

Anagrammen

• fel
• lef

Vertalingen

    1. geheel getal groter dan tien en kleiner dan twaalf   

Catalaans: onze (ca) Deens: elleve (da) Duits: elf (de) Engels: eleven (en) Fins: yksitoista (fi) Frans: onze (fr) Grieks: έντεκα (el) (éndeka) Iers: aon déag (ga) Indonesisch: sebelas (id)

Inupiak: qulit atausiq (ik) Kituba: kumi na mosi Minangkabaus: sabaleh Papiaments: diesun Roemeens: unsprezece (ro) Shuar: nawé chikíchik Spaans: once (es) Turks: on bir (tr)

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	elf	elfen
verkleinwoord	elfje	elfjes

Zelfstandig naamwoord

elf v/m

1. een mythologisch wezen dat meestal over bovennatuurlijke krachten beschikt

Hyponiemen

• huiself

Afgeleide begrippen

• elfenbankje, elfenbloem, elfrank, elvenschot

Vertalingen

    1. een mythologisch wezen dat meestal over bovennatuurlijke krachten beschikt   

Engels: elf (en) Limburgs: èlf (li) m

Roemeens: spiriduş (ro) m Turks: peri (tr)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Afrikaans

Telwoord (afr)
0
1	11	10	100	103
2	12	20	200	106
3	13	30	300	109
4	14	40	400
5	15	50	500
6	16	60	600
7	17	70	700
8	18	80	800
9	19	90	900

Hoofdtelwoord

elf

1. elf

Duits

Telwoord (Duits)
0	1	2	3	4	5	6	7	8	9
10	11	12	13	14	15	16	17	18	19
20	21	22	23	24	25	26	27	28	29
30	31	32	33	34	35	36	37	38	39
40	41	42	43	44	45	46	47	48	49
50	51	52	53	54	55	56	57	58	59
60	61	62	63	64	65	66	67	68	69
70	71	72	73	74	75	76	77	78	79
80	81	82	83	84	85	86	87	88	89
90	91	92	93	94	95	96	97	98	99
100	200	300	400	500	600	700	800	900	1000
106	109	1012	1015	1018	1021	1024	1027	1030	1033
1036	1039	1042	1045	1048	1051	1054	1057	1060	1063
1066	1069	1072	1075	1099	10100	10120	10303	103003	∞

Uitspraak

• Geluid:  elf    (hulp, bestand)

Hoofdtelwoord

elf

1. elf

Pennsylvania-Duits

Telwoord (pdc)
0
1	11	10	100	103
2	12	20	200	106
3	13	30	300
4	14	40	400
5	15	50	500
6	16	60	600
7	17	70	700
8	18	80	800
9	19	90	900

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordafbreking

• elf

Hoofdtelwoord

elf

1. elf

Synoniemen

• 11